De beelden van de gevolgen van corona brengen niet alleen de dood nabij, maar veranderen ingrijpend ons sociale leven. We sluiten ons thuis op. In mijn omgeving zijn twee coronadoden gevallen. De dood zit mij op de hielen en ik ervaar soms een existentiële angst. Ook ik kan besmet raken en ik ben van mijn leven niet zeker. Mijn sociaal isolement vormt elementair vluchtgedrag, zinvol vluchtgedrag omdat het virus uitsterft bij beperkt contact.

Existentiële angst leidt niet alleen tot vluchten, maar ook vechten. Heroïsch vechten is zichtbaar bij werkers in de gezondheidszorg, zoals arts Li Wenliang uit Wuhan die het eerst de noodklok luidde over het epidemiegevaar. President Donald Trump toont als alfamannetje hoofdzakelijk zijn vechtmodus, hoewel hij aanvankelijk het gevaar van corona al vluchtend wegwuifde als ‘hoax’. Ondertussen groeit in de VS de angst dat de maatregelen te laat komen en het aantal coronadoden onnodig groot zal zijn. De keuze tussen vluchten of vechten kan levens redden.

Vluchten en vechten vormen menselijk overlevingsgedrag, ‘oergedrag’ dat in beginsel weinig reflectie vraagt. Maar op welke wijze is reflectie op de coronacrisis mogelijk? Zijn er alternatieven voor vechten of vluchten? In navolging van Daniel Kahneman, emeritus hoogleraar psychologie aan Princeton University, vormt het schakelen van snel naar langzaam denken een eerste stap. Vervolgens valt in navolging van de retorica van Aristoteles te reflecteren op de logos, pathos en ethos van ons handelen in tijden van corona.

Cognitief mijnenveld

Nobelprijswinnaar Kahneman maakt in zijn bestseller Ons feilbare denken een analyse van de wijze waarop mensen beslissingen nemen en de fouten die wij haast onvermijdelijk maken. Wij kunnen zonder risico veel beslissingen ‘routinematig’ nemen, en dat vormt zelfs een noodzaak vanwege onze beperkte hersencapaciteit. Maar als het erop aankomt – als wij in de woorden van Kahneman een ‘cognitief mijnenveld’ betreden – moeten we van snel naar langzaam denken schakelen om mogelijke denkfouten te vermijden. De existentiële coronacrisis vormt voor ieder van ons een cognitief mijnenveld en voor we het beseffen hamsteren we pleepapier.

De eerste stap naar moreel leiderschap in deze existentiële coronacrisis begint bij de vraag: ‘Waar zijn we mee bezig?’ Deze vraag kunnen we op ieder niveau van ons bestaan stellen: micro, meso en macro. Individueel, in gezin, buurt of regio en als land of op globaal niveau. Weet ik om te gaan met het isolement van de zelfgekozen quarantaine en respecteer ik uit mijzelf de social distancing? Durf ik mijn bejaarde buur te helpen? Handhaaft de burgemeester het samenscholingsverbod? Steunt Nederland andere EU landen in de coronacrisis?

Publiek en politiek debat

Moreel leiderschap is mede afhankelijk van de uitkomst van het publieke en politieke debat. Premier Mark Rutte spreekt de natie toe over de coronamaatregelen, ruim zeven miljoen Nederlanders kijken en de media bediscussiëren zijn presentatie. De kwaliteit van zijn leiderschap wordt gewogen. Maar premier Rutte doet ook een appel op Nederlanders om zelf verantwoord te handelen en hij beklemtoont dat wij een volwassen samenleving zijn.

Over het anti-coronabeleid wordt van dag tot dag, van maatregel tot maatregel gecommuniceerd, gediscussieerd en langs die weg vindt toetsing plaats. Bij voorbeeld wat betreft het al dan niet sluiten van scholen. Aanvankelijk koos de regering op basis van deskundigenadviezen voor openhouden, waarbij de ouders de ruimte bleven houden om actief te zijn in onze economie. De publieke discussie toonde zich kritisch. Daarom besloot de regering alsnog om de scholen te sluiten. Premier Rutte zei daarover dat als zovelen het oneens zijn met een maatregel je daar gevolgen aan moet verbinden.

Wat voor leiderschap?

De vraag rijst wat voor soort leiderschap Rutte toont. Op het eerste gezicht getuigt het niet van sterk leiderschap wanneer hij de ene week op basis van een rationale afweging het ene standpunt kiest en de andere week het tegenovergestelde standpunt omarmt omdat ‘men het er niet mee eens was.’ Bij die afweging vraagt het onderwerp ‘gezag’ en het ‘gezaghebbend’ de aandacht. Wat is het verschil tussen ‘autoriteit’ en ‘gezag’?

Gezag is ‘aanvaarde’ autoriteit en geen ‘afgedwongen’ autoriteit die primair op macht gebaseerd is. Autoritaire leiders als Putin, Xi en Erdogan dwingen voor een belangrijk deel met repressie en angst hun besluiten af. In een open democratie is gezag belangrijker, omdat die de macht legitimeert. In een autocratie kunnen leiders eventueel charisma verwerven op basis waarvan hun autoriteit – tijdelijk – aanvaard wordt. Maar dit charisma mist de morele dimensie.

In een open democratie is niet alleen het vierjaarlijkse moment van verkiezingen maatgevend voor het vestigen van de macht. In onze moderne samenleving vindt een voortdurende dialoog in alle geledingen van de samenleving plaats, waarbij vele signalen en stemmingen bijdragen aan afstemming van beleidskeuzes en de uitvoering daarvan, zoals bij het al dan niet sluiten van scholen. Beide tegenovergestelde keuzes hebben het gezag van Rutte niet aangetast. In tegendeel, hij geniet nog steeds het vertrouwen van veel Nederlanders. Hoe kan gezag gevestigd worden en behouden blijven? Hierbij geldt de volkswijsheid: ‘Vertrouwen komt te voet en gaat te paard.’

De pijlers van moreel leiderschap

Op het eerste gezicht lijkt het in onze samenleving te draaien om een rationele dialoog. De premier kondigt maatregelen aan, die ondersteund worden door adviezen van deskundigen en hij licht met het gezag van tien jaar leiderschap deze keuze toe. Het publieke oordeel luidt dat premier Rutte zijn rol als crisismanager goed vervult. Hij komt geloofwaardig over en geniet vertrouwen.

In de communicatie van Rutte zijn naast het rationele nog andere elementen te onderscheiden. De retorica van Aristoteles – waarbij het overtuigen van anderen centraal staat – maakt onderscheid tussen de logos, de pathos en het ethos in je presentatie. De keuze om de scholen alsnog te sluiten vormt een boeiende illustratie van de interactie tussen ratio, emotie en van morele keuzes.

Waardeoriëntatie

Op basis van deskundigenadviezen besloot de regering aanvankelijk om scholen niet te sluiten. Er ontstond in het publieke debat een zekere verontwaardiging, omdat de indruk ontstond dat jonge mensen aan groter risico’s mogen worden blootgesteld, dat wil zeggen dat de pathos zich in het publieke debat meldde, bij voorbeeld in de vorm van ongerustheid van ouders over het lot van hun kinderen.

Aan de andere kant is het openhouden van scholen rationeel verantwoord, omdat ouders aan het werk kunnen blijven. Maar de vraag rijst ook waar wij voor staan als het gaat om de gelijke bescherming van jong én oud? Mogen economische belangen zwaarder wegen dan gezondheidsbelangen? Bij het antwoord op deze vragen gaat het om onze waardeoriëntatie, de ethos die kan bijdragen aan moreel leiderschap.

Complexe situaties

De verhouding tussen logos, pathos en ethos is een bijzondere. Het gaat niet om een eenvoudige keuze tussen deze drie aspecten van ons menselijke bestaan, maar om het vinden van het juiste evenwicht in soms complexe situaties. Ook al zeggen deskundigen dat de bestrijding van corona in Nederland op de lange termijn effectiever is wanneer de scholen open blijven (de logos), dan nog geeft dat niet de doorslag.

Dat geldt ook voor de pathos, de emoties die verbonden zijn met de coronadreiging. Gevoelsmatig zouden we kunnen kiezen voor het rigoureus voorkomen van iedere besmetting. Maar angst en paniek zijn slechte raadgevers. Een totale lockdown heeft waarschijnlijk economisch, maar ook maatschappelijk grote gevolgen die zelfs de volksgezondheid kunnen raken. Dus de ratio en de emotie staan in een onderlinge spanningsrelatie die om afweging vraagt. Dat geldt ook voor de ethos-aspecten van coronavraagstukken in verhouding tot de ratio en de emoties.

Evenwichtige afweging

Mijn stelling luidt dat moreel leiderschap in het grote en het kleine gebaseerd is op een evenwichtige afweging van logos, pathos en ethos.

Premier Rutte had op basis van de juridische zeggingsmacht die de staat heeft, kunnen vasthouden aan de ‘beste keuze’ om de scholen open te houden. Kinderen verplicht naar school en leraren verplicht aan het werk. Misschien dat deze autoritaire benadering in sommige culturen – zoals de Chinese – werkt, maar niet in de Nederlandse.

Moreel leiderschap is gebaseerd op open communiceren in een vrije dialoog. Het vinden van een balans tussen logos, pathos en ethos in concrete situaties in het klein en het groot berust op een interactief en complex proces. De bestrijding van corona met bepaalde overheidsmaatregelen, de inzet van mensen in de gezondheidszorg, het gedrag van burgers in tijden van corona berusten op een dergelijk interactief en complex proces. Dat valt beter te begrijpen als we onderscheid maken tussen de logos, de pathos en ethos die in het geding zijn, en ons beraden op de vraag hoe zij zich in bepaalde situaties tot elkaar verhouden. Dat raakt onze existentie.

Lees meer in het boek Moreel leiderschap van Alex Brenninkmeijer (Uitgeverij Prometheus, Amsterdam 2019) dat de basis vormde voor dit blog

Hoofdfoto: Persconferentie Mark Rutte (07 april 2020) via de Rijksoverheid