Sommige mensen verouderen sneller dan anderen. Biologische leeftijd vertelt hoe ver iemand werkelijk is in het verouderingsproces. Het is alleen nog niet zo eenvoudig om een goede schatter van biologische leeftijd te bouwen.

Iedereen wordt ouder, maar de snelheid waarmee dat gebeurt verschilt tussen individuen. Sommige mensen lopen op hun negentigste nog fluitend de Vierdaagse, terwijl anderen het op zeventigjarige leeftijd al amper meer redden tot de bakker op de hoek. Chronologische leeftijd, het aantal jaar dat is verstreken sinds iemands geboorte, zegt dus niet alles over de ware onderliggende staat van veroudering. Daarom stellen sommige verouderingswetenschappers dat mensen niet alleen een chronologische leeftijd hebben, maar ook een biologische leeftijd.

Biologische leeftijd vertelt hoe ver het verouderingsproces gevorderd is. Als die lager is dan de chronologische leeftijd, bijvoorbeeld omdat iemand gezegend is met goede genen en braaf elke dag 250 gram groente eet, dan veroudert die persoon relatief langzaam. Maar als de biologische leeftijd hoger is dan de chronologische leeftijd, bijvoorbeeld omdat iemand veel heeft gerookt en nooit sport, dan is die persoon verder verouderd dan op basis van zijn of haar chronologische leeftijd te verwachten is.

Aan chronologische leeftijd valt dus niks te veranderen, maar aan biologische leeftijd wel. Misschien kan mediapersoonlijkheid Emile Ratelband, die in 2018 naar de rechter stapte in een (onsuccesvolle) poging om zijn chronologische leeftijd aan te laten passen, zich daarom maar beter richten op het verlagen van zijn biologische leeftijd.

Dokter, hoe oud ben ik?

Als we biologische leeftijd goed zouden kunnen schatten, zou dat veel voordelen met zich mee kunnen brengen. Allereerst kan dat meer inzicht geven in de biologische processen en mechanismen die ervoor zorgen dat we verouderen. Ook zou het mensen kunnen motiveren om hun leefstijl te verbeteren als ze zien dat hun biologische leeftijd dan daalt. Of het zou artsen kunnen helpen bij het beoordelen of een bepaalde patiënt nog fit genoeg is voor een intensieve behandeling.

Sommige verouderingswetenschappers speculeren dat het in een vergevorderd stadium wellicht zelfs mogelijk wordt om veroudering terug te draaien, op eenzelfde manier als voor de wintertijd de klok een uur terug gaat. Hoewel dit erg speculatief is, lijken er recentelijk wat eerste successen geboekt op dit vlak. Zo is het gelukt om oude, blinde muizen hun zicht weer terug te laten krijgen.

Bouw het juiste model

Helaas is het nog niet zo eenvoudig om te beoordelen of je een goede nauwkeurige biologische leeftijdsschatter hebt gebouwd. Een van de redenen die dit lastig maakt, is dat je biologische leeftijd niet direct kunt meten. Het is een zogeheten ‘latente’ variabele: een variabele die je niet kunt observeren, maar moet afleiden uit variabelen die je wél kunt meten. Hierdoor is het bouwen en beoordelen van biologische leeftijdsschatters niet alleen een biologische, maar ook een flinke statistische uitdaging. Daarom houden niet alleen verouderingswetenschappers, maar ook statistici, waaronder ikzelf, zich met dit vraagstuk bezig.

Een van de manieren waarop wetenschappers biologische leeftijd schatten, is door een omweg via chronologische leeftijd te nemen. Het voordeel van deze aanpak is dat chronologische leeftijd, in tegenstelling tot biologische leeftijd, wél direct geobserveerd kan worden. Wetenschappers bouwen dan eerst een schatter van chronologische leeftijd, en vervolgens nemen ze aan dat iemands geschatte chronologische leeftijd gelijk staat aan biologische leeftijd. Met andere woorden: ze nemen aan dat de ‘ruis’ tussen de werkelijkheid en het chronologische leeftijdsmodel (want geen enkel model beschrijft de werkelijkheid perfect) iets zegt over iemands biologische leeftijd. Hier zitten echter nogal wat haken en ogen aan.

Stel je voor dat een onderzoeker het ‘percentage grijze haren’ als voorspellende variabele in een model voor chronologische leeftijd stopt. Dit is dan een redelijke voorspeller van chronologische leeftijd, maar zegt niks over de biologische leeftijd. Tenslotte is het niet zo dat in een groep van zeventigjarigen degenen met de meeste grijze haren het meest verouderd zijn. Het is dus niet zeker of een model voor chronologische leeftijd datgene vangt waarin de onderzoeker eigenlijk is geïnteresseerd. Namelijk het verschil tussen iemands biologische en chronologische leeftijd.

Voorspellers op basis van levensduur

De statistische onhandigheden van biologische leeftijdsschatters gebaseerd op chronologische leeftijd, worden door wetenschappers onderkend. Daarom bestaan er sinds een aantal jaar ook schatters die gebaseerd zijn op iemands levensduur. Deze schatters zijn een soort van mortaliteitsvoorspellers. Het achterliggende idee is dat mensen die eerder overlijden, over het algemeen een hogere biologische leeftijd zullen hebben dan mensen die later overlijden.

Deze nieuwe generatie van biologische leeftijdsschatters zit statistisch beter in elkaar. De uitdaging bij het bouwen van deze nieuwe generatie schatters is echter vaak het verkrijgen van voldoende data. Omdat onderzoekers willen weten wanneer de mensen in hun studie overlijden, moeten ze deze mensen voor lange tijd volgen. Dit duurt lang en is kostbaar.

Uitdagingen

Zelfs bij voldoende beschikbare data blijven er nog genoeg (statistische) uitdagingen over. Zo is de gemiddelde levensduur de afgelopen decennia steeds langer geworden, maar de gemiddelde periode die mensen vrij van chronische ziekten doorbrengen (de zogeheten health span of gezondheidsspanne) blijft daarbij achter. Een biologische leeftijdsschatter zou dus idealiter niet alleen gebouwd moeten worden op basis van levensspanne, maar ook van gezondsheidsspanne.

Daarnaast is er veel interesse in het combineren van verschillende soorten voorspellende variabelen, in het bijzonder in het combineren van de zogeheten omics. Dit zou de biologische leeftijdsschatters nauwkeuriger moeten maken. Momenteel zijn hun voorspellingen namelijk nog niet nauwkeurig genoeg om interessant te zijn voor een individu.

Zo oud als je je voelt

Veel mensen vinden biologische leeftijd een fascinerend concept. Een grote groep zou er ook best wat voor voelen om de klok een stukje terug te kunnen draaien. Voorlopig is dit echter nog toekomstmuziek. Wel bereiken we stapje voor stapje een beter begrip van wat veroudering nu eigenlijk betekent en waardoor het veroorzaakt wordt.

Op dit moment zijn biologische leeftijdsschatters nog niet geschikt om te gebruiken op individueel niveau. Daarom lijkt het welbekende spreekwoord ‘je bent zo oud als je je voelt’ voorlopig nog even van kracht te blijven.