Wie denkt aan een paddenstoel, denkt meestal aan een exemplaar met een hoed die onderaan in het midden vastzit op een steeltje. Maar er zijn ook veel paddenstoelen die er net iets anders uitzien, met een hoed die aan de zijkant vastzit aan een kort steeltje bijvoorbeeld of waarbij het steeltje zelfs helemaal ontbreekt.

Oesterzwammen zijn ongetwijfeld het bekendste voorbeeld daarvan. Alle paddenstoelen die oppervlakkig lijken op oesterzwammen worden met de term ‘pleurotoïd’ benoemd, naar de wetenschappelijke naam van de Gewone oesterzwam, Pleurotus ostreatus.

Een van de mooiste en tegelijk zeldzaamste pleurotoïde soorten in Nederland is het Rood oorzwammetje. Een echt juweeltje met een kort zijdelings steeltje, een klein rood hoedje van maximaal een paar centimeter groot, bedekt met haartjes en aan de onderzijde prachtige plaatjes. Deze plaatjes zijn bleek van kleur maar hebben een fel rode snede, dat is het onderste randje van de plaatjes. Geef toe, een paddenstoel die perfect past bij de kerstdecoratie in deze tijd van het jaar.

De soort werd voor het eerst in Nederland waargenomen in 2014. Ze groeit op dode takken van loofbomen en is ondertussen op minstens vijf plaatsen gezien. De wetenschappelijke naam van de soort is Crepidotus cinnabarinus. Voor de Nederlandse naam was het kiezen tussen 2 opties: Rood oorzwammetje of Vermiljoenoorzwammetje. Vermiljoen is een rood-oranjeachtig pigment dat bestaat uit kwik(II)sulfide en dat in de natuur wordt gevonden als het mineraal cinnaber. Er zijn meer paddenstoelen die aan deze kleur hun Nederlandse naam ontlenen, zoals de Vermiljoenhoutzam (Pycnoporus cinnabarinus) en de Vermiljoengordijnzwam (Cortinarius cinnabarinus). Toch kozen we voor de naam Rood oorzwammetje omdat bij een vondst uit België die dateert van vóór 2014 deze naam al gebruikt werd.

Wetenschappelijke naam: Crepidotus cinnabarinus
Voorkomen: Uiterst zeldzaam
Ecologie: Saprotroof op dood hout van loofbomen
Weetje: Komt vaak samen met witgekleurde oorzwammetjes voor, zie bijvoorbeeld de foto bij een Natuurbericht uit 2014. Waarom dat zo is, is niet bekend.
Eetbaarheid: te klein dus niet relevant